Pioneers in sustainability: Today’s waste streams are the raw materials of the future

Companies realize they must become net-zero in the near future. However, this goal presents challenges for many businesses, particularly those with complex global supply chains designed for maximum efficiency and cost-effectiveness. According to Ieke le Blanc, a senior business consultant at EyeOn and specialist in future supply chain design, “Today’s supply chains are still designed to deliver products to consumers against the lowest cost possible. This is a challenge for many companies because of the inherent”, In this interview for the latest publication of ‘Pioneers in sustainability’, Ieke le Blanc shares insights on addressing these challenges for companies looking to navigate this transition.

Read the full interview below (in Dutch)

 

Le Blanc ziet dat bedrijven hun ketens steeds meer inrichten op sustainability. “Van oudsher wordt bij het inrichten van de supply chain gekeken naar operational excellence, product leadership en customer intimacy – de waardestrategieën van Treacy en Wiersema. Ik denk dat het tijd is voor een vierde dimensie daarnaast: environmental stewardship.”

Als je sustainability als primaire value- strategie ziet, maak je als bedrijf andere keuzes bij het inrichten van de keten, aldus Le Blanc. Hij noemt merken als Patagonia, Fairphone, Pieter Pot en Marqt als voorbeeld: “Hun differentiator is niet dat ze het beste product leveren, ook niet dat ze een goede kwaliteit leveren tegen een redelijke prijs, en zelfs niet dat ze het beste weten wat de klant wil. Zij gaan voor sustainability. Dat kan op termijn grote voordelen hebben.”

Product als waardedrager

In het kader van duurzame bedrijfsvoering pleit Le Blanc ervoor om bijvoorbeeld te kijken waar producten staan op de de Ladder van Lansink (een standaard op het gebied van afvalbeheer – red.). “De laatste 20 jaar zijn we naar mondiale supply chains gegaan. Dat kon ook: de wereld was relatief vreedzaam, en via ICT kon je gemakkelijk wereldwijd communiceren. De wereld was een village. Nu zien we wat voor kwetsbaarheid dat heeft opgeleverd. De pandemie toonde duidelijk aan dat staten voor hun eigen belang kiezen, zelfs binnen de EU. Vervolgens kwam de oorlog in Oekraïne, waardoor de snelheid waarmee we andere energiebronnen dan Russisch gas moeten aanboren enorm is geaccelereerd. We merken nu dat energie schaars is, we lopen aan tegen een tekort aan grondstoffen, en ook arbeid is schaars.

Een product bestaat niet alleen uit materialen, maar ook uit energie en uit gedane arbeid; je kunt het beschouwen als ‘carrier’ van ‘resources’. Nu is het hele productieproces gericht op het eenmalig voortbrengen van iets. Er wordt aan voorbijgegaan dat we het ook een keer moeten terughalen. Mondiale supply chains staan circulaire supply chains in de weg. Op het moment dat je iets produceert in China en je moet het gaan remanufacturen, kun je dat niet meer integreren in je voorwaartse keten. Het blijft altijd een refurbish-achtig product. Op het moment dat je echt terug kunt naar de originele productiefase, kun je weer naar nieuwstaat toe.”

 

 

Van compliance naar businessmodel

Het begint met de vraag hoe een product is ontworpen, stelt Le Blanc. “Is het ontworpen voor recycling, voor remanufaturing, om er een aantal waardes uit te halen? Die beweging bestaat allang: 25 jaar geleden was men al bezig met ‘design for repairability’. Toch wordt dat nog onvoldoende gedaan.” Vervolgens zullen bedrijven hun supply chain onder de loep moeten nemen. “Je moet een regionale set-up hebben waarin je producten die terugkomen kunt inschatten: zijn ze geschikt om te remanufacturen, kunnen de materialen worden gescheiden, of kun je er niks meer mee? Dat is een keuze die nu nog te veel door de consument wordt gemaakt. Eigenlijk zou die verantwoordelijkheid bij de producent moeten liggen. Dat past ook in de wetgeving, denk aan EPR (Extended Producer Responsibility – red.).” Le Blanc vindt dat er meer moet worden gefocust op de waarde die uit een product gehaald moet worden dan op recycling.

“Dat vereist een transitie van compliance naar business value. Toen ik een kleine twintig jaar geleden mijn proefschrift schreef heb ik veel werk gedaan voor Autorecycling Nederland. De restwaarde van een auto was toen al positief, en die is alleen maar beter geworden. Toch moet er geld voor worden betaald als jij een nieuwe koopt, om aan verplichtingen te voldoen. Daar zit een vreemd soort spanning. Criminelen halen tegenwoordig op straat auto’s uit elkaar voor de waardevolle onderdelen. Dat zegt wel iets over de restwaarde. Ik denk dat je dat bij meer producten gaat zien. Wat wij nu als afval zien, wordt de feedstock van de toekomst. Toegang tot grondstoffen en toegang tot afvalstromen zijn belangrijke elementen; de manier waarop dat georganiseerd kan worden moet een businessmodel worden voor bedrijven.”

Investeringen op weg naar net-zero

EyeOn helpt bedrijven door hun bewustwording te vergroten, door inzicht te verschaffen in het optimaliseren van de supply chain, en door ze te ondersteunen in het nemen van de beslissingen die voor hen het beste zijn. Le Blanc: “Bedrijven weten dat ze op een bepaald moment net-zero moeten worden. Wanneer dat precies moet zijn hangt af van de betreffende industrie. Elke grote chemische speler heeft wel een roadmap richting 2040, 2045 of 2050 om naar net-zero te gaan. Dan praat je over twee á drie investeringscycli waarin ze een stap moeten maken. Wij kijken één stap vooruit. Daarna is de technologie nog te onzeker; daar kun je modelmatig vrij weinig mee. Maar voor de eerstkomende stap kunnen we modellen maken, scenario’s uitwerken, bandbreedtes schetsen. Vraagstukken die spelen zijn bijvoorbeeld: als we investeren in een nieuwe site, waar kan die dan het beste komen? Of: we werken voor een bedrijf dat in zonnepanelen zit; hoe optimaliseren we de distributie-footprint?”

Economische en milieuaspecten gaan daarbij vaak hand in hand, merkt Le Blanc: “Bedrijven komen meer en meer tot inzicht dat hun ketens van oudsher ontworpen zijn om producten op een zo goedkoop mogelijke manier richting consument te krijgen. Maar transport wordt duurder, CO2 gaat een prijs krijgen, dus moeten ze hun ketens anders gaan inrichten. Een regionale setting past ook in het risk/resiliencedenken. Bij het herinrichten van de keten zijn er keuzes te maken over assets, over de technologie van de toekomst. Dat is lastig voor bedrijven, omdat er veel onzekerheid is. Je wilt dat je keuzes robuust zijn en je wilt ze tegelijkertijd binnen bepaalde grenzen kunnen herzien. Keuzes maken onder onzekerheid kun je het best zo datagedreven mogelijk doen. Het gebruik van modellen is hierbij essentieel.”

 

Relatief nabije toekomst

Hoe ziet Le Blanc de relatief nabije toekomst zelf voor zich? “Mass Balance (zie kader, red.) wordt een interessante uitdaging, omdat naast de fysieke voorraden ook virtuele voorraden duurzaamheidscriteria krijgen. De puzzel wordt complexer, dus om het te managen is meer analysecapaciteit nodig, meer inzicht en meer geavanceerdere planningssystemen. Bedrijven die dit als eerste goed doen zullen een voorsprong hebben op de concurrenten.”

Wereldwijd voorziet Le Blanc over 10 tot 15 jaar nog steeds mondiale supply chains: “Maar met regionale aftakkingen die elkaar gaan versterken. We gaan naar circulariteit. In de papierindustrie is dat al het normale businessmodel, en dat gaat bij plastics ook gebeuren. We zullen veel producten vervangen door biobased varianten: bio-feedstock in plaats van olie. We gaan waterstof gebruiken in plaats van gas. Het grote doel is om CO2-neutraal te worden. De grote spanning zit ‘m in het feit dat Europa en de VS het geld hebben om dit te doen, dat China er deels proactief mee bezig is, maar dat Afrika – als hardst groeiende continent – die slag nog moet maken.”

De transitie moet volgens Le Blanc op grote schaal plaatsvinden, in een open economie. “Ik hoop dat Europa agile genoeg is en voorop gaat lopen. Dat vereist wel leiderschap, en het aan de kant zetten van nationale grenzen. CO2 kent ook geen grenzen. Nationale grenzen staan verbeteringen integraal in de weg.”

Dit is één van de Expert Point of Views behorende bij een reeks interviews uit het magazine ‘Pioniers in duurzaamheid’. Een gezamenlijke uitgave van Doing The Math en EyeOn. Wilt u het magazine digitaal of in print ontvangen? Een e-mail naar info@doingthemath.nl met als onderwerp ‘Magazine’ is voldoende.

Search for